Hugo & Geesje into Sri Lanka again and India

De eerste echte werkweek


Dinsdag 5 feb - Vrijdag 8 feb

En dan is het eindelijk zover. We gaan echt aan het werk. Hugo had afgelopen vrijdag al kennisgemaakt op school en al wat eerste indrukken opgedaan. Voor mij wordt het helemaal de eerste keer. We hebben een wat slechte nacht gehad, door de regen is het vochtig warm en we hebben last van muggen (ook al slapen we onder een muskietennet). Maar alle focus is nu op het netjes op tijd naar het werk kunnen. De wekker gaat vroeg, Hugo moet om 7.30 vertrekken met de tuktuk. Ik ga samen met Johanna even voor achten met de bus naar het ziekenhuis. En dan gaat het echt beginnen. Hieronder vertellen we elk onze ervaringen van deze eerste week.


Het werk op school

Vrijdag had ik al mijn eerste indruk opgedaan op school en omdat het maandag Onafhankelijkheidsdag was, gaan we op dinsdag verder. Het geheel heeft een professionele uitstraling door de IT afdeling buiten de school te zetten. Dus een apart gebouw met eigen airconditioning, wat het IT Center wordt genoemd. Het hoofd van het IT Center is een vrouw van tegen de veertig, ze was ooit verantwoordelijk voor een deel van de automatisering van het Ministerie. Ze geeft ook aan dat het Ministerie zich met heel veel zaken wil bemoeien.

In het IT Center komen de studenten als ze computerles hebben, maar er zitten ook af en toe andere groepen in een hoekje les te geven bij gebrek aan lesruimte. Verder ondersteunt het IT Center afdelingen van de school, zoals de administratie wanneer er belangrijke documenten aangepast moeten worden. Het IT Center heeft naast een hoofd nog vijf IT leraressen. Er staan 12 computers met Windows 8.1 en Office 2010, en een computer met een beamer voor de leraar. Er is ook een laserprinter en een A4 scanner. Alle computers hebben een 10 Mb netwerkverbinding. Er is een 4G verbinding van provider Dialog welke ongeveer 20 Mb down en 4 Mb up aan data kan verstouwen.

Na wat gesprekjes met het hoofd vroeg ik hoe ze aan de apparatuur is gekomen. In 2015 heeft het Tissa Central College een donatie gehad van de Commercial Bank. Die heeft hun alle nieuwe apparatuur en software geschonken. Dat gebeurde nadat de vorige apparatuur er bijna 7 jaar had gestaan.

Het Tissa Central College is een school met 3000 studenten en bijna 400 leraren. Alle studenten lopen in schoolkleding, blauw met wit en dan met de nodige embleempjes zodat je kan zien welke ervaringen iemand heeft. Zo wordt je als je ouder bent en meer ervaren een ‘prefect’, dan krijg je een lange rode stropdas voor waar dan Prefect op staat. Dat is een eer, maar er wordt als tegenprestatie van je verwacht dat je de jongere student meehelpt en een beetje orde houdt.

Vanuit de organisatie die ons inzet, Project Abroad loopt er een Field Manager op de school rond, zijn naam is Janaka Mendis, oud leerling van de school en hij wil gelijk samen met mij op Facebook. Hij coördineert zaken als de mensen bij IT en Engelse les als vrijwilliger starten en fungeert een beetje als Haarlemmer olie tussen onze organisatie en de school.

Het is geweldig om te zien hoe enthousiast de studenten zijn, het zijn eigenlijk nog kinderen maar ze spelen, jennen en plagen en roepen naar elkaar in de klas als er wat gebeurt. Echt zo puur, zo leuk dat ik wel eens denk, had ik misschien toch niet beter leraar kunnen worden….

En dan natuurlijk de stoere jongens en de giebelende meiden. Geweldig om mee te maken. Dan van die jongetjes van tien die wel durven en naar je toe komen lopen zo van ‘He mister where you from’ en dan maar lachen en stoer doen dat ze iets durven te vragen aan die grote blanke man. Het antwoord wachten ze vaak niet eens af, maar gaan gelijk op in de vriendjes groep. Bij de meisjes zie je dat ze bijna altijd met z’n tweeën zijn. Als dan een van de twee mij heeft gespot, dan zie je dat ze giebelend met elkaar overleggen zo van ‘goh moet die man daar zien’ das een blanke, haha. Iets vragen durven de meiden al helemaal niet. Maar allemaal super lief. Als ik aan een student wat vraag slaat die gelijk helemaal stil, ik moet dan wel drie keer vragen voordat ze antwoord geven. Engels vinden ze al moeilijk en dan ook nog zo’n bijzondere man.

Het lesgeven vind ik zo prachtig om naar te kijken, daarom heb ik ook meerdere filmpjes gemaakt en in de blog gezet. Standaard geven ze hier les in de Office omgeving, dus Word, Excel en PowerPoint. Maar er wordt ook les gegeven in programmeren, Turbo Pascal en in het maken van stroomdiagrammen kortom ze zijn goed bezig voor de toekomst. Alle leraren geven de les in de lokale taal, het Singalees maar het is voor mij prima te volgen.

Bij het controleren van de computers valt al op dat ze niet allemaal standaard ingericht zijn, enkele hebben problemen en twee hebben virussen. Ook niet alle computers zitten aan het Internet dus dat betekent ook, nog nooit ge-update. Daar is nog wel wat werk te doen.

Als school ben je natuurlijk afhankelijk van donaties. Maar waar zoiets toe kan leiden zag ik hier weer. Ik trok een voorraadkast open en daar lagen ze, 25 complete Microsoft Encarta Encyclopedieën van rond jaar 2000 en 20 complete CD uitvoeringen van Britannica de encyclopedie ook van rond het jaar 2000. Je kan er niets meer mee, de prullenbak in.

Internetten vanaf de computers wordt nog niet gedaan, dus het is erg stil op het netwerk.

Eens kijken wat we de komende weken allemaal nog voor ze kunnen regelen. Probleem is wel, er is geen geld, dus als ik iets regel zal ik aan crowdfunding moeten doen, of gewoon rondvragen wie iets extra over heeft voor deze studenten.

Ik heb echt zin in de komende weken, de mensen zijn aardig en ik kan echt iets voor ze doen. Ik schrijf in mijn volgende verslag wat we hebben kunnen bereiken.


Het werk in het ziekenhuis

Ik stap dinsdagmorgen iets te vroeg de kamer van de “Chief Pharmacist” binnen. In een kleine eenvoudige kamer zitten een vrouw en jonge jongen. Ze spreken nauwelijks Engels, maar de vrouw kan me duidelijk maken dat de hoofd apotheker er nog niet is. Ze staat al schuifelend en beetje lachend naast me. Ik voel aan alles dat ze het heel spannend vind dat ik daar ben. Ze wil van alles van me weten. Met handen en voeten en een paar woorden Engels voeren we een gesprekje. Iets wat bijna iedereen van je wil weten en ook wel kan uitspreken is…. “do you have baby’s?” . Ik denk dat ze geen idee hebben wat mijn leeftijd is. Na een tijd komt er een meneer binnen, de vrouw en jongen springen van hun stoel en gaan staan. Ik dacht… oke dat zal dan wel de hoofd apotheker zijn. Maar nee, het is blijkbaar de apotheker direct onder de hoofd apotheker. Hij spreekt goed Engels en vraagt me kort wat ik heb gestudeerd en wat voor werk ik nu doe. En dan…. een soort van tupperware bakje met rijst komt uit de tas en hij vertrekt. Ze gaan eerst ontbijten. Het is al tegen negen als ik eindelijk tegenover de “chief Pharmacist” zit. Zijn rechterhand is er ook bij. En dat is maar goed. Deze chief, al een oudere man, spreekt slecht Engels. Hij zit verlegen tegenover me, durft me bijna niet aan te kijken en er valt een heel ongemakkelijke stilte. Hij weet gewoon niet wat hij moet vragen of zeggen. Normaal zou ik dan wel beginnen te kletsen, maar ook ik wist even niet wat te zeggen. De 2e apotheker neemt het over. Uiteindelijk blijkt dat ze nog nooit een vrijwilliger hebben gehad en dat ze niet goed weten wat ze met me aan moeten (iets anders verwoord natuurlijk, maar hier kwam het wel op neer). Ze brengen me vervolgens naar het hoofd van de afdeling “Drug Store” (een van de apotheek afdelingen). Daar maak ik kennis met See, een super lieve vrouw, ook apotheker, zeer intelligent en spreekt zeer goed Engels. Een gouden greep, want zij gooit het op een heel andere boeg. Als de mannen weg zijn (nadat er een hele discussie was gevoerd tussen hun drieën) begint ze me de structuur van hun gehele apotheek uit te leggen. En ze vertelt over het werk en de problemen die ze ziet. Ze zegt “je mag naar alle afdelingen en daarna hoor ik graag wat jou bevindingen zijn. En ik zou het fijn vinden als je ons helpt”. Wow… das te gek. En zo ga ik deze dagen kijken bij “the drugstore” (Inkoop en voorraad beheer), “indoor dispencery” (uitgifte van medicijnen en hulpmiddelen aan de ziekenhuis afdelingen) en “Outdoor Dispencery”(uitgifte medicijnen aan patiënten die bij dokters komen (zeg maar onze huisarts en onze artsen op de polikliniek).

Verbazingwekkend wat ik allemaal te zien krijg. Bijna niet voor te stellen dat het zo kan gaan. Mijn verbazing komt uiteraard voort uit de normen die wij hebben als het gaat om gezondheidzorg. Hier is het een heel andere wereld. En gezien de omstandigheden waarin ze verkeren hebben ze er een goed werkend geheel van gemaakt.

Het is een enorm “productie-bedrijf”, waar het net zo goed om uitgifte van etenswaren of iets anders had kunnen gaan. Elke ochtend komen er ongeveer 500 patiënten naar de dokters (zeg maar de huisartsenpost), vergelijkbare aantallen bij de dokters van de poliklinieken. En zo goed als allemaal krijgen ze medicijnen mee. Ik zie lange rijen mensen staan bij de dokters, die daarna allemaal weer in de rij bij de apotheek staan. Rijen gemaakt met dranghekken. See vertelt me dat mensen heel snel naar de dokter gaan en ook allemaal medicijnen willen. Voor sommige mensen (o.a moslim vrouwen) is het een manier om even uit huis te zijn. En ja, het is een overheidsziekenhuis, dus alles is gratis, ook de pillen.

Ik kijk een tijdje mee bij de uitgifte aan patiënten die van de dokterspost komen. Deze krijgen voor maximaal 3 dagen medicijnen mee. Moeten ze meer, dan is het weer een bezoek aan de dokter etc. De apotheek medewerkers zitten achter het loket met alle potten met pillen al om hen heen. Hier hebben ze wel al een computer (prachtig!). Het is snel de pillen in een papieren zakje doen, gebruik per dag erop, en klaar. Volgende. Geen controle, geen check of de medicatie past bij andere medicatie, geen informatie, gewoon geven en volgende. Anders krijgen ze de 500 patiënten niet weggewerkt. De foto’s die we hebben geplaatst geven meer beeld hierbij, dan dat ik met woorden kan vertellen. Bijna iedere patiënt krijgt antibiotica (ook voor 3 dagen….dat is geen kuur…en dus niet goed) en pijnstillers. Resistentie voor antibiotica blijkt al een groot probleem te zijn in dit land

Bij de uitgifte op de polikliniek gaat het vergelijkbaar, maar dan zonder computer. Mensen komen met 2 schriftjes, de dokter schrijft daar het recept in (dus 2 x , schriftjes zijn identiek). Ene schrift is eigendom patiënt en andere eigendom arts. Wat dat betreft lopen ze hier voorop als het gaat om eigendom van je patiëntendossier, haha. In de apotheek wordt alles nogmaals overgeschreven in boeken, tot wel 2 x toe geloof ik. Kortom veel schrijfwerk en vervolgens zelfde ritueel. Alleen is hier de maximale uitgifte voor 1 maand. Om dit alles zo snel te laten verlopen zitten er ook mensen alvast zakjes met medicijnen te vullen met standaard aantallen. Alles met de hand. Hup alle pillen uit een grote pot in een wasteiltje, en tellen maar.

De afdeling “Drugstore” heeft donderdag een bestelling gedaan bij de groothandel. Ook zo mooi om te horen. Apotheken moeten de bestelling zelf ophalen bij de groothandel. Dat is in Colombo (1,5 uur rijden ongeveer). Toen ik vrijdagmorgen alle dozen zag staan, vroeg ik aan See “hoe heb je al die dozen hier gekregen”. En wat dacht je…met de ambulance. Tja… ook hier…. gegeven de omstandigheden misschien nog niet zo’n gekke oplossing. Ik mocht de paklijsten bekijken. En toen pas drong echt tot me door hoeveel er hier aan medicijnen wordt gebruikt. Er staat: 8.000 aspirines per dag (vooral als bloedverdunner), en 160.000 antibiotica pillen per maand. Enorme aantallen voor een ziekenhuis met 130 dokters.

Overal waar ik kom zijn ze aardig, willen ze weten waar ik vandaan kom, hoelang ik hier ben, soms vragen ze waarom ik hier ben, maar altijd….of ik baby’s heb. Bij iedere afdeling vraag ik ook of ik kan helpen. En dan varieert het nogal. Ik zou zo achter het loket mogen zegt een van de dames. Nou…dacht ik…..dat zal toch niet zo verstandig zijn. Daarvoor ben ik toch wel iets te lang uit de apotheek. Een verkeerd pilletje in een zakje en het kan erg fout aflopen. Dus ik heb gezegd dat me dat geen goed idee leek. Uiteindelijk zijn het toch de mannelijke “chief” apothekers die mogen bepalen wat ik wel/niet mag doen. En zo zit ik ineens weer tegenover een meneer in een kantoortje, drie ijzeren archiefkasten, een oud houten bureau en alleen een formulier van Project Abroads op het bureau. Ook deze meneer vind het ingewikkeld, maar uiteindelijk zegt hij dat ik mag helpen met het maken van de voorraad zakjes. Even later zit ik naast een lieve Sri Lankese vrouw, pillen uit een wasteil te tellen en in zakjes te doen. Prima…..maar moet eerlijk zeggen dat ik blij ben dat ik dit niet alle dagen hoef te doen.

Al met al heb ik een aardig beeld gekregen hoe het allemaal werkt. En ja…er zijn wel dingen die anders kunnen. Volgende week ga ik samen met See hierover praten. Maar ik kijk naar dit alles met een westerse bril. En de vraag is of men wel zit te wachten op westerse oplossingen. Een ding heeft See al gevraagd… of ik kan helpen dat er meer informatie aan de patiënten in de regio wordt gegeven over medicijnen. Ze zegt… daar begint het. Mensen moeten een beter begrip krijgen bij het effect van medicijnen. Zodat men het niet zomaar gaat slikken, of erger nog, het ook zomaar aan vrienden en familie geven; in de zin van “dit pilletje helpt mij goed, probeer ook maar eens”.

Maar tijdens deze eerste week ben ik ook nog een dagje thuis geweest. Last van rugpijn (spastische spier, een vervelende zenuwpijn in de rug). Na een vervelende nacht, vervolgens donderdag hele dag op bed gelegen. Dushanti (de vrouw des huizes), komt met een teiltje met warm water, masseert de spier en smeert er wat spul op. Ze is erg aardig. Maar een lange dag, in een te klein bed, in een te warme kamer (30 graden), tja…voor het eerst verlangde ik heel even naar het koude Nederland en mijn eigen bed. Maar vrijdag was het over…. En dan is het ook snel weer vergeten.


Weekend

En nu is het weekend. En dan gaan we er weer op uit. Even weer naar een luxere plek. Dit keer zijn we in een koloniaal landhuis midden in de natuur, op een rubberplantage, met maar 4 kamers. Maar daarover de volgende keer meer. Want sorry, het verslag is wel wat lang geworden.

Liefs Hugo en Geesje


Reacties

Reacties

Diny

Wat een geweldig verhaal en wat een andere wereld is het daar.
Fijn dat jullie in het weekend voor jullie zelf hebben.
Dan kunnen jullie er samen even van genieten!
vele groetjes Diny

Suus

Wat een geweldig verhaal om te lezen.Het uitdelen van de medicijnen.

Martijn

Hi! Leuk om over jullie avonturen te lezen. Nu eerst maar eens genieten van een lekker weekend!

Jannes en Lucianne

Lieve Hugo en Geesje,
Alsof we even naast jullie staan daar in de klas of in de apotheek! Wat ontzettend leuk om zo nu en dan even met jullie "mee te reizen". Hoop voor je dat je rugklachten niet weer op gaan spelen Geesje.
Heel veel succes verder, we zien uit naar de volgende blog(s)!

Marius

Geweldig om zo kennis te maken met een heel andere cultuur en werkwijze. Het komt wat massaal over, maar ik heb al lang het gevoel dat er in Zuid-Azië dicht concentratie van mensen leven. Nieuwsgierig naar de volgende berichte en veel plezier daar.

Margriet

Wat nemen jullie ons mooi mee in dit avontuur. Geweldig om te lezen!

Berlinda

Ontzettend leuk om te lezen! Helemaal omdat we met Fleur en Maud toen in verschillende ziekenhuizen geweest zijn en ik er direct wel een beeld bij heb.

Marius

Wat een luxe, zo'n landhuis! Maar zo'n weekend hebben jullie wel verdiend.

Linda

Mooie verhalen hoor
Die resistentie tegen antibiotica dat is wel écht een serieus pribleem lijkt me.

Joop

Mooie interessante verhalen. Bijzondere omgeving is dat daar. Blijf vooral schrijven het is geweldig leuk om het te lezen!

Felix & Gerry

Wat een compleet andere wereld waar jullie in zijn beland...wat een uitdaging! Mooi om jullie ervaring te lezen! Hopelijk laat je rug je niet weer in de steek Geesje. Geniet van jullie weekend!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!